
De koning stuurt zijn zes zonen eropuit om een bruid te zoeken. De jongste zoon houdt hij thuis. Als de broers niet terugkeren gaat de jonge prins, Kleine Broer, ze zoeken. Hij vindt zijn broers en hun vrouwen versteend voor een grot waar een trol woont. De trol houdt ook een prinses gevangen. Zij wil Kleine Broer wel helpen om de trol te doden. Dat is een moeilijke klus, omdat de trol zijn hart verborgen heeft. Kleine Broer moet eerst het hart vinden en pas dan kan de trol verslagen worden.

Het boek begint met een pagina tekst waarin Torseter het begin van het verhaal vertelt tot het moment dat Kleine Broer zichzelf op een schurftig ros hijst om eropuit te trekken. Vanaf dat moment nemen de illustraties het verhaal grotendeels over. Slechts hier en daar staat nog een regel tekst en tekstballonnen geven de dialoog weer. Het boek laat zich niet in een genre vangen, het heeft elementen van een prentenboek, een stripboek en een graphic novel.
Torseter geeft het oorspronkelijke sprookje een eigen draai, zo ontmoet de jonge prins in het originele verhaal een raaf, een zalm en een wolf die hij te hulp schiet. Als de prins later zelf hulp nodig heeft komen deze dieren weer opdraven. In deze versie worden de raaf en de zalm ingeruild voor een saxofoon en een olifant. Wel komt hij een hongerige wolf tegen, maar Kleine Broer geeft hem niet zijn paard te eten zoals in het oorspronkelijke verhaal. Overigens worden daar wel toespelingen op gemaakt als knipoog naar de lezers die bekend zijn met het origineel.
De toon van het verhaal is niet erg sprookjesachtig, het zit vol met kleine grapjes. Zo heeft het paard geen zin in het avontuur en reageert de prinses niet erg traditioneel als ze de versteende personen voor de grot van de trol ziet: ‘Is dit stelletje familie van je?’. Toch maakt Torseter er geen hilarisch verhaal van, het blijft een sprookje over goed en kwaad waarin het getal drie een belangrijke rol speelt.
Torseters originaliteit is het meest zichtbaar in zijn tekenwerk. De beeldtaal is rijk en verrassend en vol verwijzingen naar het werk van Pablo Picasso. Met zichtbaar plezier mengt hij de zoetsappige sprookjesstijl met moderne elementen en schept zo een unieke sfeer. De trollengrot is immens en bezaait met (pratende) schedels. Tafels, stoelen en bedden en ook de wc zijn erg groot. Gelukkig voor onze hoofdpersoon is er een lift. De trol is eveneens groot en afzichtelijk, de prinses is lieflijk en stoer.
Torseter gebruikt tal van materialen en technieken. Hij maakte eerst de tekeningen die hij later versterkte door kleur toe te voegen. Het geheel is een bijzonder kunstwerk waar niet alleen kinderen van zullen genieten.
In Kleine Broer mengt Torseter traditie en eigenzinnigheid en levert daarmee een uniek en bijzonder mooi boek af. Een boek voor alle leeftijden.
Kleine Broer
Øyvind Torseter (vertaald door Laila de Groot en Janna Kolff)
De Harmonie, 2017 €24,90

Het boek begint met een pagina tekst waarin Torseter het begin van het verhaal vertelt tot het moment dat Kleine Broer zichzelf op een schurftig ros hijst om eropuit te trekken. Vanaf dat moment nemen de illustraties het verhaal grotendeels over. Slechts hier en daar staat nog een regel tekst en tekstballonnen geven de dialoog weer. Het boek laat zich niet in een genre vangen, het heeft elementen van een prentenboek, een stripboek en een graphic novel.
Torseter geeft het oorspronkelijke sprookje een eigen draai, zo ontmoet de jonge prins in het originele verhaal een raaf, een zalm en een wolf die hij te hulp schiet. Als de prins later zelf hulp nodig heeft komen deze dieren weer opdraven. In deze versie worden de raaf en de zalm ingeruild voor een saxofoon en een olifant. Wel komt hij een hongerige wolf tegen, maar Kleine Broer geeft hem niet zijn paard te eten zoals in het oorspronkelijke verhaal. Overigens worden daar wel toespelingen op gemaakt als knipoog naar de lezers die bekend zijn met het origineel.
De toon van het verhaal is niet erg sprookjesachtig, het zit vol met kleine grapjes. Zo heeft het paard geen zin in het avontuur en reageert de prinses niet erg traditioneel als ze de versteende personen voor de grot van de trol ziet: ‘Is dit stelletje familie van je?’. Toch maakt Torseter er geen hilarisch verhaal van, het blijft een sprookje over goed en kwaad waarin het getal drie een belangrijke rol speelt.
Torseters originaliteit is het meest zichtbaar in zijn tekenwerk. De beeldtaal is rijk en verrassend en vol verwijzingen naar het werk van Pablo Picasso. Met zichtbaar plezier mengt hij de zoetsappige sprookjesstijl met moderne elementen en schept zo een unieke sfeer. De trollengrot is immens en bezaait met (pratende) schedels. Tafels, stoelen en bedden en ook de wc zijn erg groot. Gelukkig voor onze hoofdpersoon is er een lift. De trol is eveneens groot en afzichtelijk, de prinses is lieflijk en stoer.
Torseter gebruikt tal van materialen en technieken. Hij maakte eerst de tekeningen die hij later versterkte door kleur toe te voegen. Het geheel is een bijzonder kunstwerk waar niet alleen kinderen van zullen genieten.
In Kleine Broer mengt Torseter traditie en eigenzinnigheid en levert daarmee een uniek en bijzonder mooi boek af. Een boek voor alle leeftijden.
Kleine Broer
Øyvind Torseter (vertaald door Laila de Groot en Janna Kolff)
De Harmonie, 2017 €24,90