lijst Gouden Boekjes
Angelino en de drie koningen - Koos Meinderts

In het boekje speelt Angelino met zijn trommel de hoofdrol. Hij ziet als eerste dat er drie koningen op weg zijn naar zijn dorp. Hij waarschuwt de bewoners dat er hoog bezoek aankomt. Ieder denkt dat de koningen speciaal voor hen naar het dorp komen. Zo denkt Enzo de schaapsherder dat ze voor zijn wol komen. De drie mooiste meisjes uit het dorp (die niet toevallig Claudia, Gina en Sofia heten) gaan zich snel nog mooier maken want de koningen zoeken vast een bruid. De bakker gaat zijn lekkerste brood bakken en de herbergier laat weten dat hij genoeg plaats heeft in zijn herberg waar hij de lekkerste wijn en de heerlijkste pasta serveert. Angelino rent heen en weer en loopt bijna een man ondersteboven die naast een ezel loopt. Op de ezel zit een vrouw met een dikke buik.
Als de koningen in het dorp aankomen wordt al snel duidelijk wie ze zoeken. De hele groep trekt naar de stal waar ieder een geschenk voor het kindje achterlaat. Ondertussen trommelt Angelino zachtjes verder onder het toeziend oog van een engel.
Het stapelverhaal met hier en daar een knipoog naar de volwassen lezer is een leuke aanvulling op de traditionele kerstverhalen. De entourage wijkt opvallend af van wat gebruikelijk is. Het verhaal is in een Italiaans dorp gesitueerd waar het wel lente lijkt, er is geen vlokje sneeuw te bekennen. Het is een kerstboekje voor iedereen, maar extra leuk voor de kinderen die de Napoliaanse stal in de kersttijd bezoeken, zij zullen de figuren uit het boek al snel herkennen.
Angelino en de drie koningen
Koos Meinderts (tekst) en Annette Fienieg (ill)
Rubinstein, 2014 € 6,95
Andere boeken van Koos Meinderts en Annette Fienieg op kinderboekenpraatjes:
De liedjesalmanak
Bij ons in de straat
Bij ons in het circus
Hoe Ida zich een hoedje schrok

In dit Gouden Boekje zien we een oude bekende terug: Nicolaas Matsier. Hij vertaalde in de jaren negentig enkele Gouden Boekjes, waaronder Meneer Mooi Weer. Ook illustratrice Noëlle Smit maakte eerder een Gouden Boekje samen met Fiona Rempt: Rico is bang. Dit boekje werd als eerste oorspronkelijk Nederlands Gouden Boekje opgenomen in de Amerikaanse serie Gouden Boekjes.
Hoe Ida zich een hoedje schrok is een bewerking van een verhaal waarvoor Matsier in 1987 een Zilveren Griffel kreeg. In de oorspronkelijke versie, die verscheen onder de titel Ida stak een zebra over, is Ida een meisje. Noëlle Smit maakte er een nijlpaard van.
Ida steekt op een dag over, keurig op het zebrapad en met groen licht, maar ze wordt toch ondersteboven gereden door een fietser:´Ida schrok. Maar moest ze gillen, of schreeuwen, of schelden? Welnee. Ten eerste was ze niet erg goed in schelden. Ten tweede; die fietser was al weggefietst. En ten derde? Er was iets met haar hoofd.`
Op haar hoofd heeft ze zichzelf een prachtig hoedje geschrokken. Dat brengt haar op het idee een hoedenwinkel te beginnen, maar dan moeten er nog wel een paar hoedjes bij geschrokken worden. Op naar het zebrapad dus. Maar het blijkt niet eenvoudig zich weer een hoedje te schrikken.
Matsier speelt met fantasie en taal. Hoe Ida zich een hoedje schrok is een boekje dat zich goed laat voorlezen met zijn levendige rijke taalgebruik. De illustraties zijn kostelijk. Naast nijlpaard Ida zien we onder andere Ida´s buurvrouw, een goedgeklede krokodil, we zien een modebewuste olifant die graag bij Ida komt winkelen en we zien diverse dieren die in hun bijzondere auto´s het zebrapad passeren.
Hoe Ida zich een hoedje schrok
Nicolaas Matsier (tekst) en Noëlle Smit (ill)
Matsier speelt met fantasie en taal. Hoe Ida zich een hoedje schrok is een boekje dat zich goed laat voorlezen met zijn levendige rijke taalgebruik. De illustraties zijn kostelijk. Naast nijlpaard Ida zien we onder andere Ida´s buurvrouw, een goedgeklede krokodil, we zien een modebewuste olifant die graag bij Ida komt winkelen en we zien diverse dieren die in hun bijzondere auto´s het zebrapad passeren.
Hoe Ida zich een hoedje schrok
Nicolaas Matsier (tekst) en Noëlle Smit (ill)
Rubintein, 2014 €6,95
Pim & Pom Poezenmanieren

Pim en Pom zijn weer helemaal hot na het uitkomen van de speelfilm Pim en Pom Het grote Avontuur. Een mooie aanleiding om een Gouden Boekje aan de twee katten te wijden. Ze verschenen in 1958 voor het eerst in Het Parool op de kinderboekenpagina als opvolgers van Jip en Janneke. Mies Bouhuys schreef verhaaltjes, dialogen en gedichtjes over de twee katten waarvoor haar eigen katten Pim en Pom de inspiratiebron waren. Fiep Westendorp tekende de onstuimige Pim en de wat meer verstandige Pom zoals alleen zij dat kan. Ze hebben nauwelijks katse kenmerken met hun korte staartje, korte pootjes, lange nek, grote elipsvormige kop, geen bekje en een ronde neus die ook nog op één lijn staat met hun oogjes. En toch zijn deze grafisch vormgegeven poezen helemaal kat.
In het Gouden Boekje Pim & Pom Poezenmanieren staan uitsluitend korte eenvoudige versjes waarin Pim de meest opvallende dingen doet, maar Pom zich toch ook laat gelden: samen voetballen ze in de huiskamer, ze bestellen biefstuk bij de slager en ze halen het keukenkastje leeg:´Blikjes, pakjes, dozen,/zoveel als hier ligt./En toch niets te eten./Alles zit nog dicht!/
De tekeningen van Fiep Westendorp, die door Gioia Smid in het badkamerkastje van Fiep werden teruggevonden, worden op prachtige grafische wijze gepresenteerd. Aan de zwart/wit illustraties zijn kleurvlakken toegevoegd in een beperkt palet: blauw, rood, roze en maisgeel.
Poezenmanieren is een voorleesboekje voor peuters en kleuters die zullen genieten van de kleine poezenavonturen en de aansprekende tekeningen die aan zeggingskracht niets hebben ingeboet.
In het Gouden Boekje Pim & Pom Poezenmanieren staan uitsluitend korte eenvoudige versjes waarin Pim de meest opvallende dingen doet, maar Pom zich toch ook laat gelden: samen voetballen ze in de huiskamer, ze bestellen biefstuk bij de slager en ze halen het keukenkastje leeg:´Blikjes, pakjes, dozen,/zoveel als hier ligt./En toch niets te eten./Alles zit nog dicht!/
De tekeningen van Fiep Westendorp, die door Gioia Smid in het badkamerkastje van Fiep werden teruggevonden, worden op prachtige grafische wijze gepresenteerd. Aan de zwart/wit illustraties zijn kleurvlakken toegevoegd in een beperkt palet: blauw, rood, roze en maisgeel.
Poezenmanieren is een voorleesboekje voor peuters en kleuters die zullen genieten van de kleine poezenavonturen en de aansprekende tekeningen die aan zeggingskracht niets hebben ingeboet.
Pim & Pom Poezenmanieren
Mies Bouhuys (tekst) en Fiep Westendorp (ill)
Mies Bouhuys (tekst) en Fiep Westendorp (ill)
Rubintein, 2014 €6,95
Vier nieuwe Gouden Boekjes

Dit is het jaar van Harmen van Straaten, die het kinderboekenweekgeschenk schreef, en een gouden boekje kon dan ook niet uitblijven. Het werd Tim en de boot naar Timboektoe dat eerder verscheen bij uitgeverij Moon. Tim zit in bad en speelt met zijn boot, de reis gaat naar Timboektoe. De lezer volgt de lange reis waarin Tim diverse dieren ontmoet die graag mee willen. Ook een piraat stapt aan boord. Een walvis geeft de boot een duwtje en de reis verloopt voorspoedig tot er een pelikaan overvliegt die de reisplannen in de war schopt. Het verhaal rijmt, al is het hier en daar wel krampachtig. De illustraties, van de schrijver zelf, zijn kleurig, zwierig en heel aantrekkelijk.

Ook het tweede oorspronkelijk Nederlandstalige boekje is een heruitgave.Balotje en de beren van Yvonne Jagtenberg verscheen eerder bij uitgeverij Leopold. Balotje krijgt van haar tante een beer. Maar ze heeft al zoveel beren en deze past er niet meer bij. Balotje besluit voor haar beren een ander huis te zoeken. Als alle beren een goede plek hebben gevonden past Balotje weer in haar bed mét haar nieuwe beer. De tekenstijl van Jagtenberg is niet de stijl die je direct verwacht in een Gouden Boekje. Ze werkt met grote lege gekleurde vlakken en haar figuren hebben grote hoofden met opvallende neuzen. De tekeningen hebben wel leuke details en de gezichtsuitdrukkingen zijn goed getroffen. Jagtenberg heeft een prettige schrijfstijl die goed te volgen is voor jonge lezers.


Tim en de boot naar Timboektoe – Harmen van Straaten
Balotje en de beren – Yvonne Jagtenberg
Woorden – Selma Lola Chambers (tekst) en Gertrude Elliott (ill)
Tien kleine dieren – Carl Memling (tekst) en Fjodor Rojankovsky (ill)
Een mooi plekje - Thé Tjong-Khing

Schaap en Varken trekken op een dag de wijde wereld in op zoek naar een mooi plekje om een huis te bouwen. Onderweg komen ze, na elkaar, Konijn, Eekhoorn, Gans en Haan tegen. Alle dieren wordt gevraagd mee te gaan op zoek naar een mooi plekje om een huis te bouwen.´Ze lopen over heuvels en door dalen, over weilanden en bruggen. Soms zijn er paden, soms niet. Soms is het moeilijk, soms niet. Soms is het eng, soms niet.´
Het valt niet mee een plekje te vinden dat voor iedereen geschikt is. Maar uiteindelijk wordt die plek toch gevonden. Samen bouwen de dieren een huis waar ze lang en gelukkig zullen leven.
De tekst is opgebouwd rond herhalingen. Eerst is er de tocht waar steeds een dier bijkomt en dan is er de tocht langs de verschillende plekjes. De plek die voor het ene dier precies goed is, is voor het andere dier verre van ideaal. Als de dieren dan eindelijk een mooi plekje hebben gevonden waar iedereen blij mee is bouwen ze een huis en daarna gaan ze gezellig samen picknicken. Een gelukkige afloop dus.
Een boekje van Thé Tjong-Khing koop je natuurlijk vooral om te genieten van zijn prachtige tekeningen. Varken en Schaap, de een met een rode rugtas en de ander met een gele, zijn de grootste dieren. Evenals Konijn en Eekhoorn lopen ze rechtop.
Prachtig wordt de moeilijke tocht in beeld gebracht: de lezer ziet hoe mooi het landschap is, hoe smal de richel langs de rots en hoe steil de helling. Als de dieren uiteindelijk hun plekje hebben gevonden wenst de lezer dat hij even in het boekje zou kunnen stappen om ook op dat mooie plekje een stukje taart te eten.
Een mooi plekje
Een Gouden Boekje met tekst en illustraties van Thé Tjong-Khing
Een mooi plekje
Een Gouden Boekje met tekst en illustraties van Thé Tjong-Khing
Rubinstein, 2013 € 6,50
Het Muizenhuis/ Sam & Julia Het grote feest

Ter ere van de inhuldiging van koning Willem-Alexander werd een ´royaal gouden boekje´ gemaakt met het Muizenhuis en zijn vaste bewoners Sam en Julia in de hoofdrol. Uitgeverij Rubinstein, het Amsterdams Fonds voor de Kunst en de Openbare Bibliotheek Amsterdam maakten de uitgave mogelijk. De eerste exemplaren van het boekje waren voor de prinsessen Amelia, Alexia en Ariane. Alle Amsterdamse basisschoolleerlingen van groep 1 t/m 4 krijgen dit Gouden Boekje cadeau.
Het verhaal begint buiten het Muizenhuis waar drie muisjes, Mini, Midi en Maxi een luik in de vloer ontdekken. Als ze er doorheen kruipen komen ze bij Sam en Julia in het Muizenhuis terecht. Het klikt tussen de muizen.
Als ze appeltaart ruiken gaan ze op onderzoek uit. Ze vinden de bakkerij, gevuld met heerlijke taartjes. Die willen ze wel even proeven. Dat loopt niet goed af: er valt van alles om en al snel is het een grote troep. Gelukkig wordt de bakker niet erg boos, zeker niet als de muisjes helpen met nog meer taarten bakken. Voor de drie zusjes weer naar huis gaan bezoeken ze nog even het theater. Daar wordt druk geoefend, want de volgende dag is er een groot feest. Sam en Julia mogen op het feest haring uitdelen en ze hopen de drie nieuwe vriendinnen dan weer te zien.
Ook in de kleinere uitgave van een Gouden Boekje komt de charme van het Muizenhuis goed tot zijn recht. Het is weer een feest om naar alle details te kijken: de knuffelhond die de kleine Mini vasthoudt, de oranjetompouces in de bakkerij, de vlaggetjes die al klaar staan voor het feest en de feestelijk optocht van de koning en koningin en hun drie dochters.
De tekst bestaat uit veel dialoog en leest prettig voor. De foto´s van de muizen en de tekst sluiten goed op elkaar aan. Het kleine avontuur van de koninklijke muisjes zal vooral jonge kinderen aanspreken.
Voor wie geen prinses is en niet in Amsterdam woont is het boekje gewoon in de boekwinkel te koop.
Het Muizenhuis/ Sam & Julia Het grote feest
Karina Schaapman en Maurits Rubinstein
Rubinstein, 2013 € 6,95
Meer over Het Muizenhuis in de recensie Het Muizenhuis van Karina Schaapman
Het meisje met de gouden jurk

Jan Paul Schutten vertelt het verhaal over het meisje dat in het midden van het schilderij staat afgebeeld. Het is Niesje die in haar mooiste kleren gaat kijken hoe de schutters van de stad geschilderd gaan worden door ´de beste en beroemdste schilder van het land´. Terwijl de schutters zich opdoffen vraagt Niesje hoe Rembrandt al die mensen op het doek kan krijgen. Hij antwoordt dat het schilderij heel groot wordt en dat sommige mensen op de voorgrond zullen staan en andere meer naar achteren. ´Maar wie zet je dan
voor?´vraagt Niesje. Daar moet Rembrandt over nadenken: wordt het de belangrijkste schutter, de dapperste schutter, de grappigste of misschien de charmantste schutter? Als het schilderij af is komt Niesje kijken wie het is geworden.
Jan Paul Schutten heeft een verhaal geschreven waarmee jonge lezers uit de voeten kunnen. Er zit een repeterend element in en de verhalen die over de schutters worden verteld zijn begrijpelijk en leuk. Hij brengt op die manier de schutters op het schilderij tot leven. Dat Rembrandt uiteindelijk de liefste vooraan in zijn schilderij heeft gezet zal niemand verbazen. Wel dat Niesje een dode vogel aan haar kleding heeft hangen, toch geen dagelijkse accessoire bij een mooie jurk. Jammer dat Schutten daar geen verklaring voor geeft.
De tekeningen in het boekje zijn van Martijn van der Linden. Hij heeft er een echt Rijksmuseumboek van gemaakt door achtergronden te gebruiken die afkomstig zijn van andere schilderijen uit het museum en de hoofdpersonages duidelijk te laten lijken op de figuren van het schilderij. Ook het kleurgebruik refereert naar de schilderkunst uit de 17e eeuw.
Het meisje met de gouden jurk
Jan Paul Schutten (tekst) en Martijn van der Linden (ill)
Jan Paul Schutten heeft een verhaal geschreven waarmee jonge lezers uit de voeten kunnen. Er zit een repeterend element in en de verhalen die over de schutters worden verteld zijn begrijpelijk en leuk. Hij brengt op die manier de schutters op het schilderij tot leven. Dat Rembrandt uiteindelijk de liefste vooraan in zijn schilderij heeft gezet zal niemand verbazen. Wel dat Niesje een dode vogel aan haar kleding heeft hangen, toch geen dagelijkse accessoire bij een mooie jurk. Jammer dat Schutten daar geen verklaring voor geeft.
De tekeningen in het boekje zijn van Martijn van der Linden. Hij heeft er een echt Rijksmuseumboek van gemaakt door achtergronden te gebruiken die afkomstig zijn van andere schilderijen uit het museum en de hoofdpersonages duidelijk te laten lijken op de figuren van het schilderij. Ook het kleurgebruik refereert naar de schilderkunst uit de 17e eeuw.
Het meisje met de gouden jurk
Jan Paul Schutten (tekst) en Martijn van der Linden (ill)
Rubinstein, 2012 € 6,50
Dit boek kreeg de Kiddo-Leespluim van april 2013
Het boek is ook verkrijgbaar in het Engels (The girl in the Golden Dress)
Het kerstfeest der dieren

Nienke Denekamp vertelt het verhaal op een fijne manier. Er is veel dialoog tussen de dieren en dat leest prettig voor: ´Ah, ga nou mee, joh´. `Weet je wat goed voor je is? Een flinke boswandeling.´ De drukte voorafgaand aan het feest is herkenbaar en grappig:´WIE heeft de kerstboomlampjes vorig jaar opgeborgen? Hoe kan ik nou slingers voor de boom maken, als ik de hele tijd die lampjes uit de knoop moet halen?´.
De tekeningen van Raoul Deleo brengen het hele avontuur in beeld. Zijn stijl past goed bij de Gouden Boekjes-sfeer. Het kleurgebruik is zacht en de dieren zijn schattig, ook als ze chagrijnig zijn of verstrikt raken in een snoer met lampjes.
Het kerstfeest der dieren werd in 2011 uitgegeven in samenwerking met het Algemeen Dagblad. Het Luxe Gouden Boekje is vanaf 2012 ook in de boekhandel te koop
Het kerstfeest der dieren
Nienke Denekamp (tekst) en Raoul Deleo (ill)
Rubinstein, 2012 € 6,95
Wouter bij de wegenwacht

Achtjarige Wouter wil later wegenwachter worden. Hij vraagt, per brief, of hij een dag mag meerijden met de wegenwacht en het mag. Hij heeft een fantastische dag waarin hij een actieve rol speelt bij het helpen van mensen met autopech. Aan het einde van de dag krijgt hij dan ook complimenten van Guus de wegenwachter:´ zo´n handige jongen als jij kunnen we goed gebruiken.´
Het verhaal, geschreven door Peter Smit, begint wat wonderlijk met de mededeling dat de poes van Wouter naast de goudvis in het water van de kom gaat zitten, maar de overige tekst is goed te volgen. Het is een wensvervullend verhaal met Wouter in een heldenrol die een brand in een auto blust, een ontsnapt aapje weet te vangen en een oplossing bedenkt om de circusauto op tijd bij de voorstelling te krijgen.
De illustraties van Jan Jutte zijn prachtig. Zijn werk maakt er een echt gouden boekje van door
auto´s uit de jaren vijftig te tekenen en de personages nostalgisch aan te kleden: Wouter heeft een korte broek aan, er staat een jongetje in een matrozenpakje toe te kijken en iedereen draagt een hoed. Dat Jutte van tekkels houdt is te merken, ze duiken regelmatig op. De auto´s, dieren en mensen zijn in diverse pastelkleurige vlakken geplaatst, die op een natuurlijke wijze de achtergrond vormen. Jan Jutte is een stylist die geen overbodige details in zijn tekeningen verwerkt. Toch leidt dit niet tot ´kaal´ werk, integendeel. Wat noodzakelijk is om een tekening goed te ´lezen´ staat er en dat maakt zijn werk toegankelijk voor jonge kijkers. Jutte geeft gezichtsuitdrukkingen duidelijk weer en versterkt op die manier de tekst, hij trekt de lezer mee in de spannende avonturen die Wouter beleefd. Het is in hoge mate aan de illustraties van Jutte te danken dat een klein wensvervullend verhaal zo´n fijn gouden boekje oplevert.
Wouter bij de wegenwacht
Peter Smit (tekst) en Jan Jutte (ill)
Wouter bij de wegenwacht
Peter Smit (tekst) en Jan Jutte (ill)
Rubinstein, 2011 € 6,95
Grote auto´s, kleine auto´s - Richard Scarry

Dit boekje is een ´must have´ voor alle kleine autoliefhebbers. Een lange stoet interessante auto´s passeert: een vrachtauto met koeien, een schoolbus, de auto´s van de moeders die boodschappen gaan doen, een benzinewagen die brandstof naar de pompen brengt, een jeep met soldaten, een kolenwagen, een postauto en een takelwagen waaraan een taxi hangt. De mensen in die taxi kennen we nog van de bloedstollende rit uit het gouden boekje De gele taxi; deze keer zullen Tom en zijn moeder niet op tijd zijn.
Kenmerkend aan het werk van Scarry is zijn oog voor detail. Er valt heel wat te genieten voor de oplettende kijker: een kip die ontsnapt uit de vrachtwagen, een kijkje in de gereedschapsvoorraad van een telefoonbedrijf of de eigenaardigheden van de passagiers in een dubbeldekker.
Onder de illustraties staat een eenvoudige tekst, die goed vertaald is en prettig voorleest.
Een boekje uit de jaren vijftig is natuurlijk gedateerd. De afgebeelde auto´s zijn bepaald niet de laatste modellen. Een aantal is zelfs heel nostalgisch, zoals de kolenwagen.
In de veilige wereld van de gouden boekjes doen moeders de boodschappen en brengen bedienden de boodschappen naar de auto´s. Professioneel vervoer wordt uitsluitend door mannen bestuurd. Als de familie van een rustige vakantie op het platteland geniet zien we vader lekker lezen met een pijpje in de mond, de kinderen spelen indiaantje/cowboytje en moeder staat met een verhit hoofd een pan te schoon te schuren. Grappig is dat deze illustratie in latere Amerikaanse drukken is vervangen door een geëmancipeerde versie waarop vader druk bezig is met het jongste kind, de grotere kinderen honkbal spelen en moeder zit te lezen.
Scarry heeft ook zichzelf met zijn vrouw afgebeeld in hun open auto, ze rijden naast de grote auto van de reclameschilder waarop het bord staat met de titel van het boek.
Grote auto´s, kleine auto´s
Richard Scarry
Rubinstein, 2012 € 6,50
1-10 of 24